Na hun terugkeer in de stad willen Dodji, Leila, Camille, Yvan en Terry uitzoeken wat er de vader van Yvan is overkomen. In het wrak van de auto vinden ze alvast weinig aanknopingspunten. De jongelui trekken zich daarop in het gezelschap van enkele leden van de stam van de haai terug in een geïmproviseerd kamp en zien tot hun verrassing een oude vijand opdagen: de meester van de messen. De kerel is gewond en vraagt de kinderen om hulp. Hij wil dat ze de baby Lucie ophalen, een meisje dat hij onder zijn hoede had, maar dat werd geschaakt door een groepje chimpansees. En de apen gedragen zich uiterst vreemd: ze stapelen alle dingen die ze vinden op tot grote cairns die ze dan overgieten met rode verf...